Lifestyle

Eiwitten: wat en waarom?

Dat het lichaam eiwitten nodig heeft, wist je waarschijnlijk wel. Ook is het redelijk bekend dat sporters vaak extra eiwitten tot zich nemen na het trainen en waarschijnlijk weet je inmiddels ook dat insecten veel eiwitten bevatten. Maar wat zijn eiwitten, wat doen ze en waarom heb je ze nou echt nodig? Vandaag bespreken we alles over eiwitten!

Verschillende benamingen


Allereerst zijn er naast ‘eiwit’ nog twee namen die je tegen kunt komen: proteïnen en peptiden. Deze betekenen hetzelfde als eiwit. Eiwitten zijn een belangrijke caloriebron voor het menselijk lichaam. 1 gram eiwit levert 4 kcal. Aangeraden wordt om 10 tot 25% van je dagelijkse calorie inname uit eiwitten te laten bestaan. De meest gebruikte eiwitbronnen in Nederland zijn onder andere vlees, zuivel, vis en aardappels. Maar eiwitten zitten in veel meer producten, zoals peulvruchten, graanproducten, soja, noten en natuurlijk insecten! Eiwitten zorgen bovendien voor een verzadigd gevoel en zijn hierdoor behulpzaam bij het op gewicht blijven.

Aminozuren


Naast het leveren van calorieën en een verzadigd gevoel, hebben eiwitten nog een bijzondere en belangrijke eigenschap: ze leveren aminozuren. Aminozuren zijn belangrijk, want het zijn de bouwstenen voor je lichaamscellen. De 22 verschillende soorten aminozuren zijn grofweg in te delen in drie categorieën: essentiële, semi-essentiële en niet-essentiële. 13 van deze aminozuren vallen in de laatste categorie, deze kan het lichaam zelf aanmaken. De overige 9 moet je zorgen binnen te krijgen via voeding, dit zijn de essentiële aminozuren. Hieronder vallen 6 semi-essentiële aminozuren: het lichaam kan deze in principe zelf aanmaken, maar de aanmaak kan verstoord worden bij ziekte of aandoeningen. Producten die alle 9 essentiële aminozuren bevatten zijn vlees, vis, zuivel, soja, eieren en insecten.

Chemisch


Hoe zit dat scheikundig in elkaar? Een eiwit moet je eigenlijk zien als een keten van aminozuren. De samenstelling wisselt per eiwit: een eiwit kan in totaal uit 22 verschillende soorten aminozuren bestaan. Er zijn dus duizenden combinaties mogelijk. Een aminozuur is opgebouwd uit koolstof (C), zuurstof (O), stikstof (N) en soms zwavel (S). De algemene molecuulstructuur van een aminozuur is

R
I
NH2 – CH – COOH

De R is een restgroep, deze wisselt per aminozuur.

Biologische waarde


Wanneer een eiwit bestaat uit essentiële aminozuren in een verhouding die weinig of niet afwijkt van het aminozuurpatroon van het lichaamseiwit, noemen we dit een eiwit met een hoge biologische waarde. Dit zijn voornamelijk dierlijke- en sojaeiwitten. Wanneer een eiwit sterk afwijkt van dit aminozuurpatroon, noemen we dit eiwit van lage biologische waarde. Dit zijn meestal plantaardige producten en deze moeten dus worden aangevuld met eiwitproducten van een hogere biologische waarde. Vandaar ook dat het vegetariërs wordt aangeraden om sojaproducten te consumeren. Er zijn echter ook enkele plantaardige eiwitten die elkaar in samenstelling aanvullen en zo samen tot een hoge biologische waarde komen. Voorbeelden van zulke samenstellingen zijn: groente met rogge, sesam met haver of aardappelen met tarwe en peulvruchten.

Tot slot hebben eiwitten nog een hoop andere functies in het lichaam, die vooral betrekking hebben op je directe gezondheid. Zo zorgen voldoende eiwitten voor een gezonde hormoonbalans, versterken ze je immuunsysteem, transporteren ze vetten door het lichaam en zorgen ze bovendien voor de overdracht van prikkels van zenuwen naar de hersenen. Eiwit is dus niet zomaar een voedingsstof, het is een hele belangrijke!

Opmerkingen :

Wees de eerste die een opmerking achter laat